Aan elkaar [ 1.1.59 - 2001 ]

Terug

7/12 - Gedichtenwisselingen

De poëzie is mij altijd lief geweest. Goede docenten op de middelbare school hebben in het ontwikkelen van die liefde een belangrijke rol gespeeld. Toen ik weigerde om vragen bij gedichten te beantwoorden, kreeg ik van mijn docent Nederlands de opdracht om de volgende les een uitvoerig stuk in te leveren ter verdediging van mijn weigering. Na lezing daarvan stelde hij me vrij van het maken van die opdrachten. Geweldig. Later kon ik hem bij het examenonderdeel poëzie voor die unieke houding gelukkig belonen met een maximale score. De vragen betroffen het gedicht “Eens” van Leo Vroman, een van de dichters die ik veel en graag las en van wie ik menig gedicht uit het hoofd kende. Toen ik vele jaren later met de dichter in contact kwam, heb ik hem dit verhaal uiteraard verteld.

Het was voor mij eigenlijk vanzelfsprekend dat Leo Vroman en zijn vrouw Tineke (‘de mijne’ zei hij altijd tegen me als hij over haar schreef of sprak) de eersten waren die ik uitnodigde deel te nemen aan de reeks ‘Dialogen’ waarmee ik wilde beginnen.
Dat ik deze dichter ‘koppelde’ aan zijn vrouw had twee redenen. Allereerst had ik bewondering voor zijn Tineke, die ook dichter was, omdat zij door een stap opzij te doen haar man Leo alle ruimte bood. Ook vond ik het opmerkelijk dat zij beiden in ruim 50 jaar huwelijk alles met elkaar hadden gedeeld, maar nog nooit een boek.
Ze reageerden heel positief, maar vroegen zich wel af waar ze het dan in vredesnaam in dit poëtische gesprek met elkaar over zouden moeten hebben. Er werd veel en uitgebreid gecorrespondeerd, gelukkig nog veel in de vorm van 'snail mail'. Bij de foto’s heb ik een kopie van een brief opgenomen die duidelijk maakt op welk spoor ik beide dichters toen heb gezet. Uiteindelijk is er een prachtige bundel ontstaan, getiteld Aan elkaar. Bij een bezoek aan Nederland hebben mijn Tineke en ik ze in hun hotelkamer opgezocht om ze het boek te overhandigen. Uit de video-opnamen die ik maakte, laat ik u een fragmentje zien. (Klik hier)

Geen uitgave is zonder fouten. Sommige zijn herkenbaar voor iedereen, andere alleen voor de maker ervan. Ook in deze uitgave ging iets mis. In het gedicht “Een tijd voor brieven” vergat ik de r in brieven. Gelukkig kon dit nog hersteld worden en is er slechts één boekexemplaar met deze zetfout. Het was een kolfje naar Vromans hand daar een draai aan te geven (zie de afbeeldingen).
Een fout in een uitgave waar de auteur Huub Beurskens en ik (letterlijk én figuurlijk) zelf een draai aan gaven, was die waarbij in vijf exemplaren van de bundel Hoe deed Han Shan dat dan door een vergaarfout enkele pagina’s omgekeerd in het boek terecht kwamen. Aangevuld met een toepasselijk gedicht (“De draai”) en voorzien van zowel een gedraaide afbeelding op het omslag als een aangepast colofon hebben we deze vijf boeken toch separaat laten verschijnen [ Zie 1.1.98 en 1.1.98A ].

Al in 1999 begon ik met de voorbereidingen voor Aan elkaar, de eerste dialoogbundel. Het was het jaar waarin de eerste uitgave verscheen die ik met Leo Vroman maakte: Achtduizend seizoenen [ 1.1.56 ]. In dit boek was al duidelijk te zien dat ik het oude ambacht van de hoogdruk graag gecombineerd zag met diverse digitale technieken. Vromans computertekeningen drukte ik af met een laserprinter, de teksten in 3 kleuren hoogdruk. In Aan elkaar combineerde ik inkjetprint met hoogdruk. Het is prachtig te merken hoe oude en nieuwe technieken samen kunnen gaan.

Nog één opmerking over dit boek moet gemaakt worden. Zoals ik al eerder zei, streef ik ernaar in alle boeken een evenwicht tussen vorm en inhoud te bereiken. Een vormgever moet in dat proces op zijn tellen passen en bij zijn werk de inhoud niet voor de voeten gaan lopen. Toen ik het plan opvatte om de titels niet boven maar onder de gedichten te zetten, omdat ik ze op deze manier vaste grond onder de voeten wilde geven, heb ik dat niet zonder toestemming van beide dichters gedaan.
Met dit soort zaken geen rekening te hoeven houden, helemaal vrij te zijn in de vormgeving, kan heerlijk zijn. Op het thema van de vrijheid en de gebondenheid hoop ik later nog terug te komen.

Nog in hetzelfde jaar (2001) kwam er een nieuwe, met twee gedichten uitgebreide uitgave van Aan elkaar uit, aangevuld met tekeningetjes van Leo Vroman en een cd waarop beide dichters hun gedichten zelf lezen [ Een stilte die niet bestaat1.1.60 ].
Aan elkaar was niet alleen een dialoog tussen twee dichters, maar zeker ook een dialoog tussen hen beiden en mijzelf, een gesprek dat vele jaren zou duren en zou leiden tot meerdere uitgaven.

Voor Atalanta’s 25e verjaardag schreef Vroman het gedicht ‘Atalanta en ik’. We brachten het uit als een bedankuitgaafje, dat we uiteraard ook aan Leo en Tineke stuurden. Afbeeldingen van dat boekje en van een bedankbrief zijn te zien bij het fotomateriaal.

De dialoog tussen Leo en Tineke Vroman is inmiddels gevolgd door vele andere. In 2019 zal in deze reeks het veertiende opus verschijnen. Het initiatief heeft niet alleen geleid tot interessante gesprekken tussen dichters, maar ook tot boeiend beeldend werk. Het is een reeks die zeker voortzetting verdient en zal krijgen.



Heeft u een vraag of opmerking? Klik dan hier.

Vorige
Terug
klik op de foto om alle afbeeldingen te zien